Publicaties

A number of AGIO lawyers are also academically active.

Below you can find some of their publications (in Dutch).



 



Procesrecht – Betekening



T. Toremans, ”Rechtsmisbruik en bedrog bij betekening van procesakten en de primauteit van de processtukken” (noot onder Cass. 10 mei 2012), RW 2012-13, 1213-1215.



T. Toremans, “De nietigheid van de betekening aan de procureur des Konings wegens kennis van de woon- of verblijfplaats van de geadresseerde”, RW 2013-14, 163-169.



T. Toremans, “De verzachting van de nietigheid wegens de verkeerde betekeningswijze door toepassing van de nietigheidsleer (art. 860 e.v. Ger.W.)” (noot onder Cass. 27 september 2013 en 9 januari 2014), P&B 2014, 113-114.



T. Toremans, “De aanvang van procestermijnen in geval van opeenvolgende kennisgevingen en betekeningen” (noot onder Cass. 6 mei 2013 en 21 februari 2014), RW 2014-15, 980-982.



 



Procesrecht – Gerechtelijk deskundigenonderzoek



T. Toremans, S. Thiré en Ph. Termote, Gerechtelijk deskundigenonderzoek, Kluwer, Mechelen, 2011, 604 p.



T. Toremans, “Art. 875bis, 962, 963, 966, 967, 968, 969, 970, 971, 980, 982, 983 Ger.W.“, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, 2012, losbl.



T. Toremans, “Art. 977, 984, 985 en 986”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, losbl., april 2013.



T. Toremans en F. Dupon, “Over de tegenspraak, de mededeling van stukken en de bescherming van het zakengeheim tijdens het gerechtelijk deskundigenonderzoek”, TBO 2013, afl. 2, 85-88.



T. Toremans e.a., “Tussengeschillen in verband met de bewijsvoering” (met name het gerechtelijk deskundigenonderzoek), Bestendig Handboek Burgerlijk Procesrecht, 2013, losbl.



T. Toremans, “De temporele voorwaarden gekoppeld aan het verzoek tot wraking van de gerechtsdeskundige”, (noot onder Cass. 6 maart 2014), TBO 2014, 140-143.



T. Toremans, “Artikel 976, tweede lid Ger.W. en het recht om na een gerechtelijk deskundigenonderzoek voor de rechter nog technische opmerkingen te formuleren” (noot onder Arbh. Bergen 9 juli 2014), P&B 2015, 34-35.



T. Toremans, “De gedwongen tussenkomst vóór en na het ‘voorlopig advies’ van de gerechtsdeskundige: toelaatbaarheid van de tussenkomst (artikel 812, eerste lid Ger.W.) en tegenwerpbaarheid van het deskundigenonderzoek (artikel 981, eerste lid Ger.W.)” (noot onder Cass. 30 januari 2015), RW 2014-15, 593-596.



T. Toremans, “Artikel 987, 988, 989, 990, 991, 991bis Ger.W.”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, Mechelen, 2015, losbl.



T. Toremans, “Enkele beschouwingen over de volledigheid van het deskundig verslag, de eedformule en de controle van de rechter op de antwoordplicht van de deskundige” (noot onder Cass. 20 maart 2015), TBO 2015, 209-2012.



T. Toremans en D. Wijnen, “Jurisprudentiële temperingen op het verbod van overdracht van rechtsmacht in het kader van het gerechtelijk deskundigenonderzoek” (noot onder Cass. 28 april 2015 en Cass. 10 juni 2010), P&B 2016, 190-194.



T. Toremans, “De authentieke bewijswaarde van vaststellingen van de gerechtsdeskundige terug van weggeweest”, (noot onder Cass. 22 oktober 2013), TBO 2016, 27-30.



T. Toremans, “De begroting van de staat van ereloon en kosten van de vervangen gerechtsdeskundige” (noot onder Pol. Brussel 16 november 2015), P&B 2016, 163-166.



T. Toremans, “De procedurele gevolgen van de neerlegging van het eindverslag van de gerechtsdeskundige” (noot onder Cass. 26 januari 2017), TBO 2017, 29-32.



T. Toremans, “De coördinerende deskundige: een commentaar op artikel 964 Ger.W.”, TBO 2018, 357-377.



T. Toremans, “De geldboete voor procesrechtmisbruik gepleegd in het kader van het gerechtelijk deskundigenonderzoek” (noot onder Brussel 8 juni 2018), P&B 2019, 69-71.



T. Toremans, “De nietigheid van het niet-ondertekende eindverslag van de gerechtsdeskundige voor en na Potpourriwet I” (noot onder Cass. 12 april 2018), P&B 2019, 55-58.



T. Toremans, “Omtrent de aanduiding en wijziging van de partij die de kosten van de gerechtsdeskundige moet voorschieten en de vervroegde terugbetaling ervan op basis van artikel 19, derde lid Ger.W.” (noot onder Rb. Brussel 26 juni 2018), TBO 2019, 271-276.



T. Toremans, “De saisine van de rechter voor vorderingen omtrent het verloop van het gerechtelijk deskundigenonderzoek na neerlegging van het eindverslag” (noot onder Cass. 3 mei 2019 en Vz. Orb. Antwerpen, afdeling Antwerpen van 21 juni 2019), P&B 2019, 218-221.



T. Toremans, “De toverformule van artikel 980 Ger.W.: de procedure die op tegenspraak wordt wanneer de versteklatende partij aan het gerechtelijk deskundigenonderzoek deelneemt” (noot onder Rb. Waals-Brabant 5 februari 2018), P&B 2019, 230-235.



T. Toremans, “Het belangenconflict van de gerechtsdeskundige als wrakingsgrond en zijn meldplicht in geval van twijfel over zijn onafhankelijkheid en onpartijdigheid”, P&B 2020, 3-10.



 



Procesrecht – Overlegging van stukken



T. Toremans, “De overlegging van een niet-gematerialiseerd stuk op basis van de artikelen 871 en 877 Ger.W.” (noot onder Kh. Antwerpen 19 januari 2017), P&B 2017, 241-244.



T. Toremans, Overlegging van stukken. Overlegging van schriftelijke verklaringen, Mechelen, Kluwer, 2019, 156 p.



 



Procesrecht – Familiaal procesrecht



T. Toremans, “De overstap van EOT naar EOO: bevoegdheidsperikelen na toepassing van artikel 1294bis, §1 Ger.W.” (noot onder Voorz. Rb. Leuven 9 juni 2008), T.Fam. 2008, 181-187.



F. Swennen en T. Toremans, “Kort geding en personen- en familierecht” in Vlaamse conferentie van de balie te Antwerpen (ed.), Kort geding, Larcier, 2009, 83-143.



T. Toremans, “De noodzaak van incidenteel hoger beroep om de voor de eerste rechter ingeroepen maar onbewezen verklaarde of niet beoordeelde feiten bij de appelrechter aan te brengen” (noot onder Cass. 3 april 2009), T.Fam. 2010, 10-12.



 



Procesrecht – Bevoegdheid



F. Dupon, “Bevoegdheidsconflicten in hoger beroep en de mogelijkheid tot het vermijden van een zinloze tour de table”, RW 2012-2013, 1588-1592.



S. Rutten en F. Dupon, “Overzicht van rechtspraak : de bevoegdheid (2001-2013)”, TPR 2014, 1849-2200.



 



Procesrecht en appartementsrecht



R. Timmermans en T. Toremans, “Verwittiging syndicus geen toelaatbaarheidsvoorwaarde voor rechtsvordering appartementseigenaar betreffende zijn kavel”, T.App. 2014, 14-17.



B. Vanlerberghe en F. Dupon, “Enkele procedurele aspecten inzake appartementsmede-eigendom” in N. Carette (ed.), De appartementswet 2010 : overzicht van het eerste lustrum, Antwerpen, Intersentia, 2015, blz. 139-169.



F. Dupon, “Enkele procedurele knelpunten inzake geschillen tussen mede-eigenaars” in R. Barbaix (ed.), Tendensen vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, blz. 271-282.



 



Procesrecht diversen



T. Toremans, “De bewijslast van de informele ‘mededeling’ tijdens de instaatstelling van het civiele geding”, (noot onder Cass. 4 december 2006), RW 2006-07, 1522-1524.



T. Toremans, “Het in een procedure te laat inroepen van de verjaring als afstand van verjaring”, (noot onder Antwerpen 15 juni 2009), RW 2009-10, 932-933.



S. Gibens en T. Toremans, “De rechterlijke appreciatiebevoegdheid inzake kosteloze rechtsbijstand”, RW 2010-11, 218-227.



F. Dupon, “De onmogelijkheid om te berusten in een vonnis tot herroeping van gewijsde: de ene berusting is de andere niet”, RW 2012-2013, 212-215.



A. Van Oevelen, S. Rutten en F. Dupon, “Ambtshalve inroepbaarheid van Europees consumentenrecht, materieelrechtelijk en procesrechtelijk beschouwd” in G. Straetmans en J. Rozie (eds.), Doorwerking van het Europese recht in de nationale rechterlijke praktijk, Antwerpen, Intersentia, 2012, 95-124.



T. Toremans en P. Termote, “Artikel 666 Ger.W.”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, Mechelen, 2016, losbl.



T. Toremans, “De inhoud van de kennisgeving van het vonnis dat de verschoonbaarheid van de gefailleerde weigert en de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden” (noot onder Cass. 29 januari 2016), P&B 2016, 66-68.



T. Toremans en C. Van Aalst, “De toetsing van de voorwaarden voor kosteloze rechtsbijstand in het kader van een faillissement naargelang de relevante materiële procespartij” (noot onder Cass. (bureau voor rechtsbijstand) 12 januari 2017), P&B 2017, 182-184.



 



Insolventierecht (deels overlappend met de bijdragen hierboven)



T. Toremans, “Knelpunten huur- en faillissementsrecht” in A. Verbeke en P. Brulez (eds.), Knelpunten huurrecht – tien perspectieven, Intersentia, Antwerpen, 2012, 219-252.



T. Toremans en P. Termote, “Huur en WCO” in Bestendig Handboek Huishuur en Handelshuur, Gent, E. Story-Scientia, 2014, losbl.



R. Timmermans en T. Toremans, “Het faillissement van de syndicus-boekhouder als accessorium van een burgerlijk beroep” (noot onder Brussel 24 april 2014), T.App. 2015, 3-5.



T. Toremans en P. Termote, “Artikel 666 Ger.W.”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, Mechelen, 2016, losbl.



T. Toremans, “De inhoud van de kennisgeving van het vonnis dat de verschoonbaarheid van de gefailleerde weigert en de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden” (noot onder Cass. 29 januari 2016), P&B 2016, 66-68.



T. Toremans en C. Van Aalst, “De toetsing van de voorwaarden voor kosteloze rechtsbijstand in het kader van een faillissement naargelang de relevante materiële procespartij” (noot onder Cass. (bureau voor rechtsbijstand) 12 januari 2017), P&B 2017, 182-184.



P. Termote e.a., Eerste hulp bij financiële moeilijkheden. Een praktische kijk op de nieuwe insolventiewetgeving, Politeia, 2018, 250 p.



 



Publiek- en bestuursrecht 



I. Van Giel en G. Piret-Gerard, “De zaak der wegen in de omgevingsvergunning”, in Handboek Wegen, Larcier, Brussel, 2021, ter perse.



I. Van Giel en J. Lebeer, “You’ll never walk alone”: het Europees Hof voor de Rechten van de Mens oordeelt dat de benadeelde derde in de handhaving van het omgevingsrecht de overheid moet kunnen aanspreken op haar positieve verplichting om rechterlijke uitspraken te doen naleven”, (noot onder EHRM (2e afd.) nr. 67957/12, 13 maart 2018 (C.M. / België)), TROS 2019, afl. 95, 240-243.



I. Van Giel en S. Egamberdiev, Stedenbouwkundige verordeningen onderworpen aan strategische milieueffectenbeoordeling: andere planologische (beleids)instrumenten eveneens in het milieueffectenvizier, TBO 2019, afl. 3, 217-227  .



I. Van Giel, Rechtspraakoverzicht Raad voor Vergunningsbetwistingen januari-juni 2018 (omgevingsrecht), TBO 2019, afl. 1, 89-144 en http://www.tbo.be/



I. Van Giel, S. Egamberdiev, en A. Appelmans, Blockchain in vastgoedtransacties, TBO 2019, afl. 2, 165-179.



I. Van Giel en S. Egamberdiev, De beperkte planaanpassing als omgevingsvergunningsvoorwaarde: decretale regeling andermaal “essentieel” gewijzigd …, TBO 2018, afl. 3, 198-204 en http://www.tbo.be/



I. Van Giel en E. Empereur, “Deel 6. Onteigening”, in EMPEREUR, E. en MARTENS, B. (eds.), Brownfields in Vlaanderen, Mechelen, Kluwer, 2016, 212-245.



I. Van Giel en E. Empereur, “Deel 9. Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw”, in EMPEREUR, E. en MARTENS, B. (eds.), Brownfields in Vlaanderen, Mechelen, Kluwer, 2016, 302-383.



I. Van Giel, L. Annaert, E. Empereur en B. Martens, “Deel 1. Bodemverontreiniging, bodemsanering en bodembescherming”, in EMPEREUR, E. en MARTENS, B. (eds.), Brownfields in Vlaanderen, Mechelen, Kluwer, 2016, 2-43.



I. Van Giel, E. Empereur en M. Vangenechten, “Juridische beschouwingen bij de eerste pilootprojecten”, in EMPEREUR, E. en HECTORS, K. (eds.), Complexe Projecten, Brussel, Larcier, 2016, 39-58.



I. Van Giel, E. Empereur en M. Vangenechten, “Rechtsbescherming en Handhaving”, in EMPEREUR, E. en HECTORS, K. (eds.), Complexe Projecten, Brussel, Larcier, 2016, 35-38.



I. Van Giel, “De “hervorming” van de Raad van State anno 2014 tegen het licht van meer “projectgerichte” bestuursrechtelijke procedures en contentieux”, T.B.O. 2015/2, 64-76.



I. Van Giel, “De ‘sociale lasten’ vernietigd – gevolgen voor de stedenbouwkundige en verkavelingsvergunningen”, in B. GOOSSENS e.a., Tussen algemeen belang en toegewijde zorg. Liber Amicorum Hugo Sebreghts, Antwerpen, Intersentia, 2014, 395-412.



I. Van Giel, E. Empereur en O. Drooghmans, “Een nieuwe versnelde procedure voor complexe projecten in het Vlaamse gewest”, Expertise n° 484, 2014.



I. Van Giel, E. Empereur, O. Drooghmans en M. Vangenechten, “Rechtspraakoverzicht Raad van State – maart 2014-augustus 2014”, TBO 2016, 480-484.



I. Van Giel, E. Empereur en O. Drooghmans, “Rechtspraakoverzicht Raad voor Vergunningsbetwistingen in kort bestek – maart 2014 – augustus 2014”, TBO 2016, 485-496.



I. Van Giel en E. Empereur, “Rechtspraak Raad voor Vergunningsbetwistingen (ruimtelijke ordening en stedenbouw) in kort bestek”, TBO 2012, 172-183.



I. Van Giel, “Stedenbouwmisdrijven: een praktisch overzicht van de – grondwettige – verjaringsregels met betrekking tot de strafvordering en de herstelvordering van de herstelvorderende overheid en de benadeelde derde”, TBO 2011, afl. 2, 71-81.



I. Van Giel en E. Empereur, Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw in het Vlaamse Gewest, UGA, 2010.



I. Van Giel, “De “beginselen van behoorlijk burgerschap” als volwaardige bron van het (wederkerig) bestuursrecht: sancties voor onbehoorlijk burgerschap in de relatie tussen burger en bestuur”, (noot onder R.v.St., P.L., nr. 168.557, 6 maart 2007), T. Gem. 2008, 66-69.



I. Van Giel, “Ruimtelijke ordening en stedenbouw: analyse van de rechtspraak van het Arbitragehof en het Hof van Cassatie (2003-2005)”, T. Gem. 2007, 31-55.



I. Van Giel en E. Empereur, “Het statuut van de openbare wegen”, in EMPEREUR, E., VANDENWIJNGAERT, G., VAN GIEL, I. en VAN OEVELEN, A., Aansprakelijkheid van de Wegbeheerder, Brugge, Vanden Broele, 2006, 9-44.



I. Van Giel en E. Empereur, “Bijzondere problemen van administratief recht bij de aanleg der wegen”, in EMPEREUR, E.,  VANDENWIJNGAERT, G.,  VAN GIEL, I. en VAN OEVELEN, A., Aansprakelijkheid van de Wegbeheerder, Brugge, Vanden Broele, 2006, 99-136.



I. Van Giel, “De herstelvordering van het College van Burgemeester en Schepenen in de strafprocedure en de burgerlijke procedure na het stedenbouwkundig ‘annus horribilis’ 2005”, T. Gem. 2006, 43-51.



I. Van Giel, “Instandhoudingen (al dan niet buiten kwetsbaar gebied) zijn stedenbouwmisdrijven… Kan de Hoge Raad voor het Herstelbeleid het bloeden stelpen?”, (noot onder Cass. 13 december 2005), RABG 2006, 1127-1136.



I. Van Giel, “De invloed van de strafprocedure op de tuchtprocedure: capita selecta”, T. Gem. 2004, 273-280.



I. Van Giel, Contractuele sanctiemechanismen bij de overdracht van verontreinigde grond (deel I en II), Mechelen, Kluwer, 2005, 165 p.



I. Van Giel, “Contractuele sanctiemechanismen bij de overdracht van verontreinigde gronden”, Jura Falc. 2004-05, 543-642.



I. Van Giel, “Een eerste erkenning van het beginsel van behoorlijk burgerschap door de Raad van State?”, T. Gem. 2005, 254-257.



 



Fiscaal recht





VAN DE VELDE E., APPERMONT N. en HIMPE J., De kilometerheffing voor vrachtwagens als “belasting via outsourcing” in het Vlaamse fiscale landschap: wat met de rechtsbescherming van de belastingplichtige?, TFR 2019, afl. 562, 478-504 [artikel bekroond met de TFR Prijs 2020].



HIMPE J., De versplinterde woonfiscaliteit na de zesde staatshervorming, AFT 2015, afl. 5, 7-12.



 



Sportrecht



HIMPE J. en GILBERT-ROBERTS M., The FIFA Manual on “TPI” and “TPO” in football agreements, Sports Law & Taxation 2020/4, 13-17.



HIMPE J., One year on: FIFA Regulations on Working with Intermediaries. A comparative study of their implementation by the English, German, Belgian and Dutch FA, Global Sports Law & Taxation Reports 2016/2, 9-13.



HIMPE J. & VINCK S.J., FIFA Introduces Ban on Third-Party Ownership (TPO): a Move Too Far?, Global Sports Law & Taxation Reports 2015/1, 27-30.


Een aantal Agio advocaten zijn ook academisch actief.

Hieronder vindt u een aantal van hun publicaties.



 



Procesrecht – Betekening



T. Toremans, ”Rechtsmisbruik en bedrog bij betekening van procesakten en de primauteit van de processtukken” (noot onder Cass. 10 mei 2012), RW 2012-13, 1213-1215.



T. Toremans, “De nietigheid van de betekening aan de procureur des Konings wegens kennis van de woon- of verblijfplaats van de geadresseerde”, RW 2013-14, 163-169.



T. Toremans, “De verzachting van de nietigheid wegens de verkeerde betekeningswijze door toepassing van de nietigheidsleer (art. 860 e.v. Ger.W.)” (noot onder Cass. 27 september 2013 en 9 januari 2014), P&B 2014, 113-114.



T. Toremans, “De aanvang van procestermijnen in geval van opeenvolgende kennisgevingen en betekeningen” (noot onder Cass. 6 mei 2013 en 21 februari 2014), RW 2014-15, 980-982.



 



Procesrecht – Gerechtelijk deskundigenonderzoek



T. Toremans, S. Thiré en Ph. Termote, Gerechtelijk deskundigenonderzoek, Kluwer, Mechelen, 2011, 604 p.



T. Toremans, “Art. 875bis, 962, 963, 966, 967, 968, 969, 970, 971, 980, 982, 983 Ger.W.“, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, 2012, losbl.



T. Toremans, “Art. 977, 984, 985 en 986”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, losbl., april 2013.



T. Toremans en F. Dupon, “Over de tegenspraak, de mededeling van stukken en de bescherming van het zakengeheim tijdens het gerechtelijk deskundigenonderzoek”, TBO 2013, afl. 2, 85-88.



T. Toremans e.a., “Tussengeschillen in verband met de bewijsvoering” (met name het gerechtelijk deskundigenonderzoek), Bestendig Handboek Burgerlijk Procesrecht, 2013, losbl.



T. Toremans, “De temporele voorwaarden gekoppeld aan het verzoek tot wraking van de gerechtsdeskundige”, (noot onder Cass. 6 maart 2014), TBO 2014, 140-143.



T. Toremans, “Artikel 976, tweede lid Ger.W. en het recht om na een gerechtelijk deskundigenonderzoek voor de rechter nog technische opmerkingen te formuleren” (noot onder Arbh. Bergen 9 juli 2014), P&B 2015, 34-35.



T. Toremans, “De gedwongen tussenkomst vóór en na het ‘voorlopig advies’ van de gerechtsdeskundige: toelaatbaarheid van de tussenkomst (artikel 812, eerste lid Ger.W.) en tegenwerpbaarheid van het deskundigenonderzoek (artikel 981, eerste lid Ger.W.)” (noot onder Cass. 30 januari 2015), RW 2014-15, 593-596.



T. Toremans, “Artikel 987, 988, 989, 990, 991, 991bis Ger.W.”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, Mechelen, 2015, losbl.



T. Toremans, “Enkele beschouwingen over de volledigheid van het deskundig verslag, de eedformule en de controle van de rechter op de antwoordplicht van de deskundige” (noot onder Cass. 20 maart 2015), TBO 2015, 209-2012.



T. Toremans en D. Wijnen, “Jurisprudentiële temperingen op het verbod van overdracht van rechtsmacht in het kader van het gerechtelijk deskundigenonderzoek” (noot onder Cass. 28 april 2015 en Cass. 10 juni 2010), P&B 2016, 190-194.



T. Toremans, “De authentieke bewijswaarde van vaststellingen van de gerechtsdeskundige terug van weggeweest”, (noot onder Cass. 22 oktober 2013), TBO 2016, 27-30.



T. Toremans, “De begroting van de staat van ereloon en kosten van de vervangen gerechtsdeskundige” (noot onder Pol. Brussel 16 november 2015), P&B 2016, 163-166.



T. Toremans, “De procedurele gevolgen van de neerlegging van het eindverslag van de gerechtsdeskundige” (noot onder Cass. 26 januari 2017), TBO 2017, 29-32.



T. Toremans, “De coördinerende deskundige: een commentaar op artikel 964 Ger.W.”, TBO 2018, 357-377.



T. Toremans, “De geldboete voor procesrechtmisbruik gepleegd in het kader van het gerechtelijk deskundigenonderzoek” (noot onder Brussel 8 juni 2018), P&B 2019, 69-71.



T. Toremans, “De nietigheid van het niet-ondertekende eindverslag van de gerechtsdeskundige voor en na Potpourriwet I” (noot onder Cass. 12 april 2018), P&B 2019, 55-58.



T. Toremans, “Omtrent de aanduiding en wijziging van de partij die de kosten van de gerechtsdeskundige moet voorschieten en de vervroegde terugbetaling ervan op basis van artikel 19, derde lid Ger.W.” (noot onder Rb. Brussel 26 juni 2018), TBO 2019, 271-276.



T. Toremans, “De saisine van de rechter voor vorderingen omtrent het verloop van het gerechtelijk deskundigenonderzoek na neerlegging van het eindverslag” (noot onder Cass. 3 mei 2019 en Vz. Orb. Antwerpen, afdeling Antwerpen van 21 juni 2019), P&B 2019, 218-221.



T. Toremans, “De toverformule van artikel 980 Ger.W.: de procedure die op tegenspraak wordt wanneer de versteklatende partij aan het gerechtelijk deskundigenonderzoek deelneemt” (noot onder Rb. Waals-Brabant 5 februari 2018), P&B 2019, 230-235.



T. Toremans, “Het belangenconflict van de gerechtsdeskundige als wrakingsgrond en zijn meldplicht in geval van twijfel over zijn onafhankelijkheid en onpartijdigheid”, P&B 2020, 3-10.



 



Procesrecht – Overlegging van stukken



T. Toremans, “De overlegging van een niet-gematerialiseerd stuk op basis van de artikelen 871 en 877 Ger.W.” (noot onder Kh. Antwerpen 19 januari 2017), P&B 2017, 241-244.



T. Toremans, Overlegging van stukken. Overlegging van schriftelijke verklaringen, Mechelen, Kluwer, 2019, 156 p.



 



Procesrecht – Familiaal procesrecht



T. Toremans, “De overstap van EOT naar EOO: bevoegdheidsperikelen na toepassing van artikel 1294bis, §1 Ger.W.” (noot onder Voorz. Rb. Leuven 9 juni 2008), T.Fam. 2008, 181-187.



F. Swennen en T. Toremans, “Kort geding en personen- en familierecht” in Vlaamse conferentie van de balie te Antwerpen (ed.), Kort geding, Larcier, 2009, 83-143.



T. Toremans, “De noodzaak van incidenteel hoger beroep om de voor de eerste rechter ingeroepen maar onbewezen verklaarde of niet beoordeelde feiten bij de appelrechter aan te brengen” (noot onder Cass. 3 april 2009), T.Fam. 2010, 10-12.



 



Procesrecht – Bevoegdheid



F. Dupon, “Bevoegdheidsconflicten in hoger beroep en de mogelijkheid tot het vermijden van een zinloze tour de table”, RW 2012-2013, 1588-1592.



S. Rutten en F. Dupon, “Overzicht van rechtspraak : de bevoegdheid (2001-2013)”, TPR 2014, 1849-2200.



 



Procesrecht en appartementsrecht



R. Timmermans en T. Toremans, “Verwittiging syndicus geen toelaatbaarheidsvoorwaarde voor rechtsvordering appartementseigenaar betreffende zijn kavel”, T.App. 2014, 14-17.



B. Vanlerberghe en F. Dupon, “Enkele procedurele aspecten inzake appartementsmede-eigendom” in N. Carette (ed.), De appartementswet 2010 : overzicht van het eerste lustrum, Antwerpen, Intersentia, 2015, blz. 139-169.



F. Dupon, “Enkele procedurele knelpunten inzake geschillen tussen mede-eigenaars” in R. Barbaix (ed.), Tendensen vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, blz. 271-282.



 



Procesrecht diversen



T. Toremans, “De bewijslast van de informele ‘mededeling’ tijdens de instaatstelling van het civiele geding”, (noot onder Cass. 4 december 2006), RW 2006-07, 1522-1524.



T. Toremans, “Het in een procedure te laat inroepen van de verjaring als afstand van verjaring”, (noot onder Antwerpen 15 juni 2009), RW 2009-10, 932-933.



S. Gibens en T. Toremans, “De rechterlijke appreciatiebevoegdheid inzake kosteloze rechtsbijstand”, RW 2010-11, 218-227.



F. Dupon, “De onmogelijkheid om te berusten in een vonnis tot herroeping van gewijsde: de ene berusting is de andere niet”, RW 2012-2013, 212-215.



A. Van Oevelen, S. Rutten en F. Dupon, “Ambtshalve inroepbaarheid van Europees consumentenrecht, materieelrechtelijk en procesrechtelijk beschouwd” in G. Straetmans en J. Rozie (eds.), Doorwerking van het Europese recht in de nationale rechterlijke praktijk, Antwerpen, Intersentia, 2012, 95-124.



T. Toremans en P. Termote, “Artikel 666 Ger.W.”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, Mechelen, 2016, losbl.



T. Toremans, “De inhoud van de kennisgeving van het vonnis dat de verschoonbaarheid van de gefailleerde weigert en de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden” (noot onder Cass. 29 januari 2016), P&B 2016, 66-68.



T. Toremans en C. Van Aalst, “De toetsing van de voorwaarden voor kosteloze rechtsbijstand in het kader van een faillissement naargelang de relevante materiële procespartij” (noot onder Cass. (bureau voor rechtsbijstand) 12 januari 2017), P&B 2017, 182-184.



 



Insolventierecht (deels overlappend met de bijdragen hierboven)



T. Toremans, “Knelpunten huur- en faillissementsrecht” in A. Verbeke en P. Brulez (eds.), Knelpunten huurrecht – tien perspectieven, Intersentia, Antwerpen, 2012, 219-252.



T. Toremans en P. Termote, “Huur en WCO” in Bestendig Handboek Huishuur en Handelshuur, Gent, E. Story-Scientia, 2014, losbl.



R. Timmermans en T. Toremans, “Het faillissement van de syndicus-boekhouder als accessorium van een burgerlijk beroep” (noot onder Brussel 24 april 2014), T.App. 2015, 3-5.



T. Toremans en P. Termote, “Artikel 666 Ger.W.”, Artikelsgewijze Commentaar Gerechtelijk Recht, Kluwer, Mechelen, 2016, losbl.



T. Toremans, “De inhoud van de kennisgeving van het vonnis dat de verschoonbaarheid van de gefailleerde weigert en de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden” (noot onder Cass. 29 januari 2016), P&B 2016, 66-68.



T. Toremans en C. Van Aalst, “De toetsing van de voorwaarden voor kosteloze rechtsbijstand in het kader van een faillissement naargelang de relevante materiële procespartij” (noot onder Cass. (bureau voor rechtsbijstand) 12 januari 2017), P&B 2017, 182-184.



P. Termote e.a., Eerste hulp bij financiële moeilijkheden. Een praktische kijk op de nieuwe insolventiewetgeving, Politeia, 2018, 250 p.



 



Publiek- en bestuursrecht 



I. Van Giel en G. Piret-Gerard, “De zaak der wegen in de omgevingsvergunning”, in Handboek Wegen, Larcier, Brussel, 2021, ter perse.



I. Van Giel en J. Lebeer, “You’ll never walk alone”: het Europees Hof voor de Rechten van de Mens oordeelt dat de benadeelde derde in de handhaving van het omgevingsrecht de overheid moet kunnen aanspreken op haar positieve verplichting om rechterlijke uitspraken te doen naleven”, (noot onder EHRM (2e afd.) nr. 67957/12, 13 maart 2018 (C.M. / België)), TROS 2019, afl. 95, 240-243.



I. Van Giel en S. Egamberdiev, Stedenbouwkundige verordeningen onderworpen aan strategische milieueffectenbeoordeling: andere planologische (beleids)instrumenten eveneens in het milieueffectenvizier, TBO 2019, afl. 3, 217-227  .



I. Van Giel, Rechtspraakoverzicht Raad voor Vergunningsbetwistingen januari-juni 2018 (omgevingsrecht), TBO 2019, afl. 1, 89-144 en http://www.tbo.be/



I. Van Giel, S. Egamberdiev, en A. Appelmans, Blockchain in vastgoedtransacties, TBO 2019, afl. 2, 165-179.



I. Van Giel en S. Egamberdiev, De beperkte planaanpassing als omgevingsvergunningsvoorwaarde: decretale regeling andermaal “essentieel” gewijzigd …, TBO 2018, afl. 3, 198-204 en http://www.tbo.be/



I. Van Giel en E. Empereur, “Deel 6. Onteigening”, in EMPEREUR, E. en MARTENS, B. (eds.), Brownfields in Vlaanderen, Mechelen, Kluwer, 2016, 212-245.



I. Van Giel en E. Empereur, “Deel 9. Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw”, in EMPEREUR, E. en MARTENS, B. (eds.), Brownfields in Vlaanderen, Mechelen, Kluwer, 2016, 302-383.



I. Van Giel, L. Annaert, E. Empereur en B. Martens, “Deel 1. Bodemverontreiniging, bodemsanering en bodembescherming”, in EMPEREUR, E. en MARTENS, B. (eds.), Brownfields in Vlaanderen, Mechelen, Kluwer, 2016, 2-43.



I. Van Giel, E. Empereur en M. Vangenechten, “Juridische beschouwingen bij de eerste pilootprojecten”, in EMPEREUR, E. en HECTORS, K. (eds.), Complexe Projecten, Brussel, Larcier, 2016, 39-58.



I. Van Giel, E. Empereur en M. Vangenechten, “Rechtsbescherming en Handhaving”, in EMPEREUR, E. en HECTORS, K. (eds.), Complexe Projecten, Brussel, Larcier, 2016, 35-38.



I. Van Giel, “De “hervorming” van de Raad van State anno 2014 tegen het licht van meer “projectgerichte” bestuursrechtelijke procedures en contentieux”, T.B.O. 2015/2, 64-76.



I. Van Giel, “De ‘sociale lasten’ vernietigd – gevolgen voor de stedenbouwkundige en verkavelingsvergunningen”, in B. GOOSSENS e.a., Tussen algemeen belang en toegewijde zorg. Liber Amicorum Hugo Sebreghts, Antwerpen, Intersentia, 2014, 395-412.



I. Van Giel, E. Empereur en O. Drooghmans, “Een nieuwe versnelde procedure voor complexe projecten in het Vlaamse gewest”, Expertise n° 484, 2014.



I. Van Giel, E. Empereur, O. Drooghmans en M. Vangenechten, “Rechtspraakoverzicht Raad van State – maart 2014-augustus 2014”, TBO 2016, 480-484.



I. Van Giel, E. Empereur en O. Drooghmans, “Rechtspraakoverzicht Raad voor Vergunningsbetwistingen in kort bestek – maart 2014 – augustus 2014”, TBO 2016, 485-496.



I. Van Giel en E. Empereur, “Rechtspraak Raad voor Vergunningsbetwistingen (ruimtelijke ordening en stedenbouw) in kort bestek”, TBO 2012, 172-183.



I. Van Giel, “Stedenbouwmisdrijven: een praktisch overzicht van de – grondwettige – verjaringsregels met betrekking tot de strafvordering en de herstelvordering van de herstelvorderende overheid en de benadeelde derde”, TBO 2011, afl. 2, 71-81.



I. Van Giel en E. Empereur, Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw in het Vlaamse Gewest, UGA, 2010.



I. Van Giel, “De “beginselen van behoorlijk burgerschap” als volwaardige bron van het (wederkerig) bestuursrecht: sancties voor onbehoorlijk burgerschap in de relatie tussen burger en bestuur”, (noot onder R.v.St., P.L., nr. 168.557, 6 maart 2007), T. Gem. 2008, 66-69.



I. Van Giel, “Ruimtelijke ordening en stedenbouw: analyse van de rechtspraak van het Arbitragehof en het Hof van Cassatie (2003-2005)”, T. Gem. 2007, 31-55.



I. Van Giel en E. Empereur, “Het statuut van de openbare wegen”, in EMPEREUR, E., VANDENWIJNGAERT, G., VAN GIEL, I. en VAN OEVELEN, A., Aansprakelijkheid van de Wegbeheerder, Brugge, Vanden Broele, 2006, 9-44.



I. Van Giel en E. Empereur, “Bijzondere problemen van administratief recht bij de aanleg der wegen”, in EMPEREUR, E.,  VANDENWIJNGAERT, G.,  VAN GIEL, I. en VAN OEVELEN, A., Aansprakelijkheid van de Wegbeheerder, Brugge, Vanden Broele, 2006, 99-136.



I. Van Giel, “De herstelvordering van het College van Burgemeester en Schepenen in de strafprocedure en de burgerlijke procedure na het stedenbouwkundig ‘annus horribilis’ 2005”, T. Gem. 2006, 43-51.



I. Van Giel, “Instandhoudingen (al dan niet buiten kwetsbaar gebied) zijn stedenbouwmisdrijven… Kan de Hoge Raad voor het Herstelbeleid het bloeden stelpen?”, (noot onder Cass. 13 december 2005), RABG 2006, 1127-1136.



I. Van Giel, “De invloed van de strafprocedure op de tuchtprocedure: capita selecta”, T. Gem. 2004, 273-280.



I. Van Giel, Contractuele sanctiemechanismen bij de overdracht van verontreinigde grond (deel I en II), Mechelen, Kluwer, 2005, 165 p.



I. Van Giel, “Contractuele sanctiemechanismen bij de overdracht van verontreinigde gronden”, Jura Falc. 2004-05, 543-642.



I. Van Giel, “Een eerste erkenning van het beginsel van behoorlijk burgerschap door de Raad van State?”, T. Gem. 2005, 254-257.



 



Fiscaal recht





VAN DE VELDE E., APPERMONT N. en HIMPE J., De kilometerheffing voor vrachtwagens als “belasting via outsourcing” in het Vlaamse fiscale landschap: wat met de rechtsbescherming van de belastingplichtige?, TFR 2019, afl. 562, 478-504 [artikel bekroond met de TFR Prijs 2020].



HIMPE J., De versplinterde woonfiscaliteit na de zesde staatshervorming, AFT 2015, afl. 5, 7-12.



 



Sportrecht



HIMPE J. en GILBERT-ROBERTS M., The FIFA Manual on “TPI” and “TPO” in football agreements, Sports Law & Taxation 2020/4, 13-17.



HIMPE J., One year on: FIFA Regulations on Working with Intermediaries. A comparative study of their implementation by the English, German, Belgian and Dutch FA, Global Sports Law & Taxation Reports 2016/2, 9-13.



HIMPE J. & VINCK S.J., FIFA Introduces Ban on Third-Party Ownership (TPO): a Move Too Far?, Global Sports Law & Taxation Reports 2015/1, 27-30.